Door Cor Westerveld
De van FC Utrecht overgenomen aanvaller Rodney Antwi staat bij FC Volendam vooralsnog even in de schaduw door een overbelaste knie. De in Amsterdam geboren Ghanees heeft een contract getekend dat eind volgend seizoen afloopt. Antwi verwierf nationale bekendheid door in 2014 in de wedstrijd Feyenoord-FC Utrecht (1-2) bij een uitbraak de verdedigers zijn hielen te laten zien en de winnende treffer te scoren. Zijn debuut in het eerste maakte hij een week eerder in de met 2-1 gewonnen thuiswedstrijd tegen Willem II. In totaal kwam hij vijf keer uit in de hoofdmacht van de club uit de Domstad.
Toch zag het er helemaal niet naar uit dat hij profvoetballer zou worden. Weliswaar meldde zijn vader hem aan bij de F-jes van De Volewijckers in Amsterdam- Noord, de club die na de fusie met DWV verder ging als DVC, maar na een seizoen vond hij er geen bal meer aan. “Ik hield meer van buitenspelen met mijn vriendjes en televisie kijken. Een jaar later zei mijn vader dat het mijn laatste kans was om weer lid te worden, want daarna zou de KNVB mijn inschrijving niet meer accepteren. Die truc slaagde”, herinnert Antwi zich.
Frank de Boer
Hij begon in de jeugd als linksback. Op zijn elfde jaar verkaste hij naar de voorhoede. Hij werd geselecteerd door de KNVB onder de 12 en onder de 13 en bleef niet onopgemerkt bij scouts van Ajax, AZ, FC Volendam en FC Utrecht. AZ was de eerste die hem benaderde voor het spelen van proefwedstrijden. Een week voor zijn laatste proefwedstrijd bij AZ, klopte Ajax op de deur. “Op advies van familieleden en vrienden heb ik toen voor Ajax gekozen. Ik heb er meegetraind en in de D1 nog onder Frank de Boer. Af en toe speelde ik in de D2 en toen het nieuwe seizoen aanbrak, moest ik me bewijzen in de D3. Ik kon toen ook in de jeugdopleiding van FC Volendam komen en bij FC Utrecht, dat me met een busje ophaalde en weer thuisbracht. Er waren meer jeugdspelers uit Amsterdam die bij FC Utrecht speelden.”
Concreet
“Ik had bij FC Utrecht een aflopend contract. Wilde zelf weg in de winterstop. Er was een club uit Engeland die belangstelling toonde, maar FC Utrecht en mijn zaakwaarnemer kwamen niet nader tot elkaar. Vlak voor het verstrijken van de transferdeadline kwam FC Volendam met iets concreets en daar ging FC Utrecht mee akkoord. Bij FC Utrecht was ik negen van de tien wedstrijden niet honderd procent fit, maar de club wilde dat ik speelde. Mijn knie is overbelast. Bij FC Volendam krijg ik nu meer rust. Om de dag neem ik ijsbaden en na elke training word ik behandeld door de fysiotherapeut. Kalm aan wordt de trainingsintensiviteit opgevoerd. Het gaat steeds beter en ik hoop straks belangrijk te zijn voor FC Volendam.”
